WONEN IN ITALIË – Even weg
De wasmachine ronkt, ik loop rond in m'n oude kloffie en op m'n slaapkamer staat m'n koffer opengeklapt.
Over twee dagen ga ik naar Nederland. Zoals ieder jaar maak ik in december een toer langs familie en vrienden. Ik heb een hele waslijst aan to do-dingen die ik eerst nog moet afwerken voordat ik in de auto stap.
Zo'n to do-lijst heeft z'n eigen dynamiek. Steeds als ik weer iets kan afvinken, schrijf ik er ook weer dingen onderaan de lijst bij. Zo blijft ie lang en bereik ik nooit het moment waarop het laatste taakje is volbracht en ik de lijst weg kan gooien
Ik verheug me op het weerzien met m'n broer, met familie en met geliefde vrienden, maar ik verheug me gek genoeg ook alweer op de thuiskomst.
Dus zorg ik ervoor dat er bij thuiskomst een biertje en iets te eten in de ijskast staan en er genoeg voorraad aan pellets en hout is. Ook ga ik voor m'n vertrek alvast uien en knoflook in de nieuwe moestuin zaaien. Dan groeit er alweer iets als ik thuis kom.
Ondertussen wordt Mombarcaro opgestuwd in de vaart der volkeren. We gaan het afval beter scheiden en we kunnen bij de gemeente een gratis compostbak ophalen.
Verder is er sinds kort vanuit de ASL (Italiaanse GGD) meer steun voor chronisch zieken. En dat is een ruim begrip, een ieder die al langer met wat voor ziekte dan ook kampt, kan aankloppen.
Vanavond gaan we met het hele dorp even terug in de tijd. In het dorpshuis wordt de film "Onde di Terra" vertoond. Een film die gaat over een stukje geschiedenis van hier en die ook in deze omgeving is opgenomen.
De film vertelt het verhaal van de vrouwen die als jong meisje uit Calabrië en Campania werden opgehaald om hier met een Piemontese man te trouwen.
Met de opkomst van de industrie, zoals Fiat in Turijn, hadden de vrouwen van hier geen zin meer in een boer. Als je met een boer getrouwd was, was je nooit klaar. Het werk ging altijd door.
Ze wilden liever trouwen met een arbeider uit de fabriek die om zes uur thuis kwam, niet iemand die de koeien nog moest melken.
Het gevolg was dat jonge boeren in die tijd moeilijk aan een meisje konden komen. De arme dorpen in het zuiden boden uitkomst. Ouders daar waren blij als hun dochter naar het noorden vertrok. Een mond minder te voeden en in Piemonte wachtte haar een beter leven, hoopten ze.
Zo streken hier heel wat vrouwen uit het zuiden neer. Ik ken er diversen: Rosa, Petruccia, Concetta, Maria. Vanmiddag was ik er nog bij één: Rosa, afkomstig uit Salerno.
Net als de anderen het toonbeeld van hartelijkheid en gastvrijheid. Binnen tien minuten zat ik aan een door haar zelfgebakken taart, een espresso en mandarijntjes.
Vervolgens pakte ze de halve taart voor me in, in foliepapier (lekker voor vanavond!), en ging ook nog even een zelfgebakken brood voor me uit de vriezer halen.
Zo geniet ik van m'n laatste dagen van dit jaar in Mombarcaro. Tot januari!


Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.

